Mijn burn-out leerde me veel over mezelf, dat geef ik nu mee aan anderen

Anita van Veen

Toen Anita twintig jaar geleden terugkwam van zwangerschapsverlof en niet eens de krant kon lezen, wist ze dat er iets mis was. Toch duurde het nog anderhalf jaar voordat ze écht durfde toe te geven dat ‘het’ op was. Ze moest en zou eerst nog even de heao afmaken. Toen dat eenmaal gelukt was, ging het licht uit.

Zoals wel vaker met een burn-out was ik zelf de laatste die het doorhad. De bedrijfsarts stelde de diagnose. Toen ik terugkwam van die afspraak, kwam ik bij het kopieerapparaat het hoofd P&O tegen. ‘Ik heb een burn-out’, zei ik. Hij: ‘Dat zag ik wel aankomen.’ Daar werd ik zo boos om, hoezo had hij dat niet eerder gezegd?

In januari 2001 kwam ik terug van zwangerschapsverlof na de geboorte van onze tweede dochter. Ik was moeder van twee kinderen, kostwinner en bezig met de heao commerciële economie. De jaren ervoor had ik carrière gemaakt binnen de Rabobank. Van reisadviseur, naar binnendienstmedewerker, naar beleggingsadviseur. Mooie stappen voor iemand met alleen een havodiploma op zak.

Ik moest een hbo-diploma hebben om als beleggingsadviseur te mogen blijven werken. Daarom was ik naast mijn fulltimebaan begonnen aan de heao. Met een baan, studie en een jong gezin waren het al tropenjaren, maar er speelde ook nog iets anders.

De verkeerde carrière

Terwijl ik druk bezig was de carrièreladder te beklimmen, kwam ik er langzaam maar zeker achter dat die ladder tegen de verkeerde muur stond. Ik ben van nature voorzichtig en hou van zekerheid, en dat is niet iets wat echt bij beleggen past.

Ik ben (te) lang doorgegaan en eerlijk is eerlijk, ik voelde me ook wel gevleid door de kansen die ik kreeg. Ik wist niet goed wat ik kon en wilde, maar was wel trots op het vertrouwen dat ik kreeg in mijn functie en dat ik alsnog mijn hbo-diploma haalde. Al was het op mijn tandvlees, tegen het advies van de bedrijfsarts in.

Achteraf is dat de eerste keer dat ik echt voor mezelf opkwam. Ik had drieënhalf jaar gestudeerd, viel ziek uit, en toen leek het de bedrijfsarts verstandig dat ik ook zou stoppen met mijn opleiding. In 2002 ben ik toch afgestudeerd, terwijl ik al ziekgemeld was. En toen dat klaar was, was ik zo ontzettend moe. Ik heb allerlei hulp gehad, maar het belangrijkste wat ik in die tijd heb gedaan, was slapen. Zelfs een boek lezen ging niet, terwijl ik normaal echt een boekenwurm ben.

Langzaam weer opkrabbelen

Uiteindelijk kreeg ik hulp van een haptonoom. Zij benaderde mijn burn-out als iets fysieks. Dat hielp mij langzaam weer wat op te bouwen: een uurtje inspannen, een uurtje rusten. Wat daarvoor cruciaal was, was de hulp van mijn man. Die heeft er heel veel voor gedaan om mij ruimte en rust te geven.

Aan het einde van mijn tweede ziektejaar kreeg ik de mogelijkheid om een TSI-certificaat te halen op het gebied van gedrag en drijfveren. Daar werd het eerste zaadje geplant voor mijn nieuwe passie: psychologie. Om dagritme te krijgen ben ik daarom psychologie gaan studeren aan de Open Universiteit. Naast het ritme gaf het me nog iets anders: een gevoel van succes.

Een nieuw doel

Na een jaar studeren aan de Open Universiteit ben ik op zoek gegaan naar een meer praktische opleiding. Ik kwam uit bij de opleiding tot loopbaanadviseur van Schouten en Nelissen. Toen had ik weer een titel: ik was loopbaanadviseur. Een werkloze loopbaanadviseur, maar toch.

Vacatures voor loopbaanadviseurs zijn er weinig, de meesten zijn zzp’er. Maar in de krant had ik een artikel gelezen over Cvites. Dat leek me zo’n leuk bedrijf. Toevallig kwam de directeur, Geert, bij mijn man in de winkel voor hardloopschoenen. ‘Een heel aardige man, die kun je zo aanspreken’, zei hij. Dus ik ben op een donderdagavond naar de bedrijvencontactdagen gegaan en heb daar Geert aangesproken. Op maandagochtend had ik een re-integratieplek te pakken.

Mijn eigen gebruiksaanwijzing

‘Ik kan mijn werk doen op mijn eigen manier, en dat voelt goed.’

Inmiddels werk ik ruim 15 jaar met veel plezier bij Cvites. Mijn eigen ervaring neem ik mee in mijn werk als coach. Een belangrijke les voor mezelf, die ik nu aan mijn cliënten probeer mee te geven: jezelf kennen is leren met jezelf omgaan. Burn-out is niet alleen het herstellen van vermoeidheid, maar ook het omgaan met je eigen gebruiksaanwijzing.

Ik kan qua aantal cliënten misschien minder aan dan een collega, maar dat wil niet zeggen dat ik minder hard werk. Doordat ik dat weet vraag (en krijg!) ik de vrijheid om mijn werk te doen op de manier die bij mij past. Zo kan ik de diepte in en me bezighouden met de vraag die mijn passie is geworden: wat beweegt mensen en waarom doen ze wat ze doen?

Elke dag keuzes maken

Zonder mijn burn-out had ik die passie misschien wel nooit ontdekt. Alle keuzes die ik tot die tijd maakte, waren keuzes die me waren overkomen. Ik heb echt leren kiezen wat ik wil en mijn leven is daar leuker van geworden, ook voor mijn omgeving.

En toch zal ik mijn hele leven blijven balanceren. Het is steeds weer een uitdaging om iedere dag de juiste keuze te maken tussen hard werken en herstellen. Het is nu 20 jaar na mijn eigen burn-out, en dit jaar begin ik met een opleiding tot burn-outcoach. Het voelt perfect, want daarmee is voor mij de cirkel nu écht rond.